De European Society of Cardiology adviseert een gezonde leefstijl aan iedereen met beïnvloedbare risicofactoren, een belangrijke eerste stap richting een betere hartgezondheid. Niet roken, voldoende bewegen en gezonde voeding zijn hierbij van groot belang.
Bij het opstellen van het cardiovascular risicoprofiel spelen niet-beinvloedbare factoren een rol; leeftijd, geslacht, etniciteit maar ook de familiegeschiedenis in relatie tot hart- en vaatziekten. Naast niet-beinvloedbare risicofactoren, zijn er ook factoren die wel beinvloed kunnen worden. Volgens de Belgische voedselconsumptiepeiling 2014-2015 heeft ongeveer de helft van de volwassen populatie een te hoog gewicht. Bij 51 à 64 jarigen betreft dit 44%. In België vertonen 7 volwassenen op 10 een te hoog cholesterolgehalte. In de categorie 35-74 jaar treft hypercholesterolemie (190 mg/dl) 84% van de mannen en 82% van de vrouwen (De Bacquer D & De Backer G. 2016).
Een verschuiving naar een gezondere voeding en leefstijl kunnen vaak een belangrijke bijdrage leveren aan het behalen van de streefwaarden van cardiovasculaire risicofactoren en zo het risico op hart- en vaatziekten helpen te verlagen. Mensen bij wie één of meer risicofactoren aanwezig zijn en die daarom een hoog risico lopen op coronaire hartziekten, hebben vaak baat bij vroegtijdige detectie en een passende opvolging. Hieronder een overzicht van belangrijke metabole risicofactoren.
Verhoogde bloeddruk
Bloeddruk wordt gemeten in mmHg en uitgedrukt met twee getallen. Het eerste is de systolische bloeddruk, die gemeten wordt wanneer je hart pompt. Het tweede getal geeft de diastolische bloeddruk weer, de druk terwijl je hart zich ontspant. Omdat de eerste waarde naar de systolische druk verwijst en de tweede naar de diastolische druk, spreken we dus van systolische over diastolische druk, bv. 124/80.
De bloeddruk wordt beschouwd als normaal wanneer de systolische bloeddruk lager is dan 140 mm Hg en de diastolische bloeddruk lager is dan 90 mm Hg (Belgische Cardiologische Liga). Boven deze waarden wordt er gesproken van hypertensie.
De bloeddruk is afhankelijk van heel wat factoren, zoals leefstijl, voeding (zoutinname), lichaamsgewicht, leeftijd en familiegeschiedenis. Eenvoudige veranderingen in het eetpatroon en leefstijl kunnen al helpen om een hoge bloeddruk aan te pakken en tot een gezonder niveau te brengen. Aangezien er zelden sprake is van symptomen is het aan te raden om regelmatig de bloeddruk op te meten wanneer er een verhoogd risico is op een verhoogde bloeddruk.
Aanpassingen in voeding en levensstijl kunnen vaak al een positief effect op de bloeddruk hebben. Bij een verhoogde bloeddruk is het bijvoorbeeld wijs om mensen bewust te maken van hun dagelijkse zoutinname. Vermindering van de consumptie van natrium draagt bij tot de instandhouding van de normale bloeddruk.
Overgewicht / obesitas
Overgewicht ontstaat wanneer iemand langdurig meer energie binnenkrijgt via de voeding, dan door het lichaam wordt verbruikt. Om op gewicht te blijven moeten energie-inname en energieverbruik dus in balans zijn. Om in gewicht te verminderen kan een aanpassing worden gedaan in zowel het voedingspatroon waardoor minder calorieën worden gegeten, als de mate van fysieke inspanning waardoor meer calorieën worden verbruikt.
Met behulp van de BMI (Body Mass Index) kun je over het algemeen goed bepalen wat voor de cliënt / patiënt een gezond gewicht is voor zijn/haar lengte. De BMI wordt berekend door het gewicht in kilogrammen te delen door het kwadraat van de lengte in meters. Je kunt de BMI ook aflezen in de BMI-grafiek.
Naarmate de BMI hoger is, is naar alle waarschijnlijkheid het risico op hart- en vaatziekten groter. Het BMI-bereik is toepasbaar voor 'normale' gezonde volwassenen en niet voor zwangere vrouwen, mensen met bepaalde medische aandoeningen of kinderen jonger dan 16 jaar. Vooral een verhoging van abdominaal vet (tussen de organen) wordt geassocieerd met een verhoogsd cardiovasculair risico. Zelfs een kleine verlaging van het (over)gewicht kan een positief verschil maken voor de gezondheid van het hart van de cliënt / patiënt.
Diabetes
Mensen met type 2 diabetes hebben relatief gezien een hoger risico op het ontwikkelen van hart- en vaatziekten dan mensen die geen type 2 diabetes hebben. Hierdoor moet men extra alert zijn op signalen die toe te schrijven zijn aan hart- en vaatziekten. Diabetespatienten hebben vaker overgewicht, een verstoorde vetstofwisseling en ook te maken met chronische ontstekingen in het lichaam. Dit zijn processen die de vaatwanden kunnen beschadigen wat hand in hand kan gaan met het risico op hart- en vaatziekten.
Verhoogde cholesterol
Een verhoogd cholesterolgehalte is een belangrijke modificeerbare risicofactor voor de ontwikkeling van hart- en vaatziekten. Bij een overmaat aan Lipoproteinen (LDL) in het bloed, wordt ongewenst in grote mate cholesterol afgegeven aan de vaatwanden. Vooral bij verminderd elastische of in geval van beschadigde vaten kan dit het risico op hart- en vaatziekten vergroten. Het is raadzaam om na te gaan of uw patiënt erfelijk belast is met een verhoogd cholesterol; Familiaire hypercholesterolemie (FH). Dit is het geval bij ongeveer 1 op de 300-500 mensen in Belgie. In geval van FH is de primaire oorzaak van een verhoogd bloed cholesterol een defect aan de LDL-receptoren, eiwitten die er normaliter voor zorgen dat (schadelijke) LDL-cholesteroldeeltjes door de lever kunnen worden opgenomen en verwerkt. Het cholesterolgehalte in het bloed kan hierdoor significant oplopen.
Volgens de Belgische Cardiologische Liga hebben 2 belgen op 3 een te hoog cholesterolgehalte.